Eén miljoen plant- en diersoorten worden met uitsterven bedreigd. Nog nooit eerder was dit aantal zo groot als nu. De urgentie om de ecosystemen van deze aarde te beschermen is daarmee groter dan ooit, zo bleek uit het nieuwste VN-rapport over biodiversiteit wereldwijd dat deze week verscheen. Daar heb ik de afgelopen nachten echt wakker van gelegen.
Als adviseur gebiedsvernieuwing bij Over Morgen werk ik dagelijks aan het verduurzamen van de leefomgeving. Die leefomgeving bevindt zich voor een groot deel in onze dorpen en steden. De vraag hoe ik juist in een stedelijke omgeving impact kan maken op de biodiversiteit houdt mij bezig. In 2030 leeft namelijk 60 procent van de wereldbevolking in stedelijke regio’s. In Nederland zijn we dat percentage al even geleden gepasseerd.
De stad is natuurlijker dan je denkt
Lange tijd hebben we de stad als anti-natuurlijk ervaren: nadrukkelijk gescheiden van de natuur. Anno 2019 is deze gedachte achterhaald en bovendien bedreigend. Toch hoor ik die opvatting nog regelmatig onder beleidsmakers en stedenbouwkundigen. Tijd om hen eens goed wakker te schudden, als je het mij vraagt. Wist je bijvoorbeeld dat de biodiversiteit in de stad tegenwoordig hoger is dan in de meeste door de landbouw gedomineerde, groene gebieden? Dat blijf ik een fascinerend feit vinden. Daar waar de biodiversiteit in het buitengebied steeds verder afneemt, neemt die van de stad juist toe.
Geen hobby, maar absolute noodzaak
Natuurlijk is de afname van biodiversiteit in ons buitengebied zorgwekkend en moeten we zoeken naar oplossingen voor duurzame voedselproductie. Maar laten we ook in onze handjes knijpen dat zoveel plant- en diersoorten onze stenige omgeving van gebouwen en straten tot hun nieuwe plek hebben gemaakt. Gelukkig groeit dit besef. Stadsnatuur is geen vrijblijvende groene hobby, maar een absolute noodzaak.
Natuur-inclusief bouwen maakt impact
Wij zien in onze opdrachten met gemeenten en projectontwikkelaars steeds meer ruimte om te pionieren met natuur-inclusief bouwen. Daar waar een stadsecoloog tien jaar geleden gekscherend werd weggewuifd, spelen ze tegenwoordig een meer bepalende rol in het ontwerp en beheer van onze straten, pleinen en gebouwen. Maar mainstream is natuurinclusief ontwerpen nog niet. Laten we elkaar daarom vooral inspireren en de succesverhalen delen. Ik doe een aftrapje: verdiep je eens in het boek Stadsnatuur maken, van Jacques Vink, Piet Vollaard en Niels de Zwarte. Hun simpele aanpassingen hebben een grote impact op de biodiversiteit in de stad. En dan heb ik het nog niet eens over ons eigen welzijn!
Sommige gemeenten zijn al van start. Zo kondigde Den Haag vorige maand een nieuw puntensysteem aan om natuurinclusief bouwen een plek te geven in ontwikkelplannen. Een mooie stap. Wie volgt? Laat het weten!