Namens Over Morgen kom ik regelmatig bij milieuwethouders over de vloer. Mij zijn daarbij een aantal zaken opgevallen: er is veel goede wil, maar het ontbreekt vaak aan voldoende budget, een goede structuur voor het duurzaamheidsbeleid, monitoring en de inschakeling van het lokale bedrijfsleven. Als je duurzaamheid echt serieus neemt, moet er meer uit de kast worden gehaald.
Vergeet wind en warmte niet
Veel gemeenten die ik heb bezocht hebben wel een duurzaamheidsbeleid, maar daarbij wordt vaak ingezet op een beperkt aantal doelgroepen en duurzaamheidsbronnen. De meeste aandacht gaat uit naar particuliere woningeigenaren, terwijl bedrijven de meeste energie verbruiken. Omdat wind gevoelig ligt, wordt al snel gekozen voor alleen zon. De focus ligt op elektriciteit, terwijl aardgas al gauw goed is voor minstens 60% van het energieverbruik in een gemeente. Een wethouder die het serieus meent, slaat dan ook geen enkele doelgroep over en probeert alle mogelijke duurzame energiebronnen in te zetten.
Dat correspondeert ook beter met de dappere doelstellingen die gemeenten vaak hebben. Ik heb verschillende gemeenten gezien met de ambitie om energieneutraal te worden in 2030 of zelfs eerder. Dat is al over vijftien jaar! Het zijn weliswaar gezonde ambities maar daar moeten dan wel bijpassende budgetten bij; anders red je het niet. Eigenlijk is het een vorm van volksverlakkerij als je aangeeft dat je als gemeente energieneutraal kunt worden met een minimaal budget. Je geeft het signaal dat je dat even fikst zonder een centje pijn. Het tegendeel is natuurlijk waar. Een energieneutrale situatie vergt een forse (financiële) inspanning van iedereen, van elke doelgroep en geen enkele mogelijke duurzame energiebron kan worden uitgesloten. Ook wind niet.
Energiebesparing door campagnevoering
Omdat het streven is iedereen in beweging te brengen en te houden, doet de gemeente er goed aan een campagnematige benadering te kiezen. Vorm de beleidsmedewerkers om tot campagnemedewerkers. Buiten het gemeentehuis is een oorlog te winnen en ambtenaren moeten in staat zijn om mensen en bedrijven enthousiast te krijgen. Het is vooral een kwestie van informeren, faciliteren en verbinden.
Daar komt bij dat het bedrijfsleven naar mijn idee te weinig wordt ingeschakeld. Dat terwijl de awareness in het bedrijfsleven meestal groter is dan bij menig particulier, vooral ook omdat groene energie gewoon geld oplevert en groene handel is geworden. Maak als gemeente daar gebruik van en stel samen met het bedrijfsleven een roadmap op voor de energieneutrale gemeente. Grote kans dat het duurzaamheidsbeleid een enorme opkikker krijgt. In gemeenteland hoort energiebeleid normaliter bij milieuambtenaren en die zijn gewoonweg niet zo bedreven in het benaderen van bedrijven. Betrek daarom ambtenaren van economische zaken en de Regionale Uitvoeringsdiensten erbij. Zij zijn degenen die dagelijks over de vloer komen bij bedrijven.
Meten is weten
Wethouders doen er goed aan te weten wat het actuele energieverbruik in zijn of haar gemeente is. De netbeheerders kunnen via het product ‘Energie in Beeld’ aangeven wat het elektra- en gasverbruik is per gemeente en dat in de tijd uitgezet. Dan weet je ook of je op koers ligt of niet. Helaas is dat dus niet altijd het geval en dient een tandje te worden bijgezet.
Gemeenten zijn druk met de transitie van de WMO, Jeugdzorg en participatiewet. Daar zijn enorme bedragen mee gemoeid. De energietransitie verdient echter net zoveel aandacht, passende menskracht en budget. Zeker als je de eigen doelstellingen serieus neemt. En daar hoort wat mij betreft tevens een catch all strategie bij.