Die stikstofproblemen, daar zijn we voorlopig nog niet van af. Een groot aantal van onze natuurgebieden is overbelast en dat is slecht voor de biodiversiteit. Natuurherstel duurt jaren, dus is het niet gewoon tijd om die uitstoot bij gebiedsontwikkeling te beperken? Dave en Werner vinden van wel. In een serie conversaties laten ze wat proefballonnetjes op, die ze ook nog eens zelf scoren. Zelfkritiek wordt daarbij niet geschuwd. Vandaag het idee ‘koop een veehouderij, want het uitkopen van veehouders moet de bouw uit de stikstofcrisis kunnen halen.’
Dave: Werner, de discussie over het vuurwerkverbod van vorige keer liep nog een behoorlijke tijd door. Ik werd rond de jaarwisseling gebeld door het Eindhovens Dagblad die ons idee wel interessant vond. Ik denk dat het verbod er wel gaat komen over een paar jaar. Maar zoals we al concludeerden, zal het de stikstofcrisis niet oplossen. Wat dat betreft moeten we het maar eens over de veehouderij hebben. Als dat de grootste veroorzaker van stikstofdepositie is, dan is het gericht uitkopen van bedrijven de meest voor de hand liggende oplossing.

Werner: Klopt, Dave. Hoewel er inmiddels discussie is ontstaan hoe groot de daadwerkelijke bijdrage van de landbouw aan de stikstofdepositie is (circa 40% volgens TNO), valt daar in ieder geval de meeste winst te behalen. Binnen de landbouw is de melkveehouderij de grootste stikstofproducent: 60% van de bijdrage vanuit de landbouw komt vanuit deze sector (varkenshouderij voor 20% en de pluimveehouderij voor 10%). Het uitkopen van een veehouderij kan dus zeker de stikstofdepositie beperken. Maar hoe zou jij dit willen inzetten bij een gebiedsontwikkeling?
Dave: Het uitkopen van veehouderijen is niet ongebruikelijk bij gebiedsontwikkelingen. Het wegnemen van geurhindercirkels vormt veelal de aanleiding. Je zou dit natuurlijk ook kunnen doen voor stikstof. Varkens, kippen, maar vooral koeien scheiden stikstof af met hun poep, die wordt gebruikt als mest. Een deel van de mest verdampt als ammoniak en komt op die manier in de lucht. De uitstoot van een gemiddeld agrarisch bedrijf is het veelvoudige van de uitstoot van een gebiedsontwikkeling. Als het uit te kopen bedrijf zijn stikstof uitstoot op hetzelfde Natura2000-gebied als jouw project, dan kun je de stikstofuitstoot die bij de gebiedsontwikkeling vrijkomt met de bedrijfsbeëindiging ruimschoots compenseren. Extern salderen noemen ze dat toch?
Werner: Het gaat juridisch gezien inderdaad over salderen, ofwel het overdragen van stikstofruimte. Wanneer er door gebiedsontwikkeling stikstofemissie vrijkomt, kan niet altijd binnen het project of op de locatie stikstofruimte worden gecreëerd (intern salderen). Er is dan een andere mogelijkheid: de ruimte buiten het project of de locatie zoeken. Dit wordt extern salderen genoemd. Bij extern salderen neemt de vergunningaanvrager de stikstofruimte over van een bedrijf dat wordt uitgekocht. Daarmee wordt de stikstofruimte als het ware verplaatst en neemt de stikstofdepositie in zijn algemeenheid niet toe. Houd er wel rekening mee dat 30% van de emissieruimte wordt ingetrokken als bijdrage aan de depositiedaling. Dit komt ter beschikking van de natuur.
Dave: Zo’n regeling biedt dus wel kansen. Ik kan me voorstellen dat bij de vergunningsaanvraag van de gebiedsontwikkeling dan wel garanties op tafel moeten komen. Je zult tenslotte moeten aantonen dat er daadwerkelijk sprake is van het wegnemen van stikstofuitstoot door bedrijfsbeëindiging. Ik heb begrepen dat je dan zeker moet stellen dat de stikstofrechten uit de markt worden genomen. Weet jij hoe dat precies zit?
Werner: Dat is wel een terechte zorg. Met de stikstofruimte die in de in te trekken vergunning staat, ben je er niet. Bij extern salderen geldt als uitgangspunt dat alleen gekeken wordt naar de feitelijk benutte stikstofruimte die ook vergund is. Veel veehouderijen hebben nog onbenutte ruimte, maar die kun je dus niet meer gebruiken. Enkel de capaciteit van installaties en gebouwen die echt zijn gerealiseerd doen er toe.
Ook is het noodzakelijk dat dier- en fosfaatrechten van een agrarisch bedrijf worden ingetrokken. En op dat punt hebben we nog te maken met een juridische beperking, die extern salderen met agrarische bedrijven in de weg zit. Om ongewenste effecten voor de landbouw te voorkomen, verbiedt de wet dat wordt gesaldeerd met agrarische bedrijven. Dit wordt pas mogelijk nadat hierover nieuwe wetgeving is in relatie tot dier- en fosfaatrechten. In februari 2020 zou er nieuwe regelgeving verschijnen om het knelpunt te verhelpen. Deze streefdatum is echter niet gehaald en op dit moment is het nog onduidelijk wanneer de nieuwe regelgeving er wel gaat komen.
Dave: Dat maakt het er niet gemakkelijker op. We hebben hier dus te maken met een in potentie zeer effectieve oplossing, die enkel door achterblijvende wetgeving nu nog niet haalbaar is. En dat terwijl er genoeg animo is onder veehouders om te stoppen in ruil voor een redelijke financiële vergoeding. Voor varkenshouderijen loopt al een speciale uitkoopregeling van het ministerie van Landbouw voor varkenshouders, bedoeld om stankoverlast te verminderen voor omwonenden. Daar hebben meer dan 500 bedrijven op ingeschreven. Het kabinet stelt nu ook geld beschikbaar om iets vergelijkbaars te doen om de stikstofuitstoot te verlagen. Tijd voor versnelling dus.
Werner: Dat ben ik helemaal met je eens. De verwachting is dat op korte termijn nieuwe wetgeving komt die ervoor zorgt dat extern salderen met veehouderijen mogelijk wordt. De urgentie is dermate groot, dat de juridische ruimte er wel gaat komen.
Eindconclusie: Op termijn zal het mogelijk worden dat de stikstofruimte wordt overgedragen van een veehouderij naar de bouwer. Dit is groots en zal een enorme impact hebben op de bouw die in het slop is geraakt na de PAS-uitspraak. Volgens mij is het dus absoluut zinnig om alvast te anticiperen en deze oplossing voor je gebiedsontwikkeling te verkennen, zeker nu we het over een enorme potentie aan ruimte hebben. Dit idee krijgt 5 duimpjes van de 5!
