Op het gebied van warmte is de regio Noord-Veluwe bijzonder. Alle zeven gemeenten hebben afgelopen jaar een Transitievisie Warmte gemaakt. Parallel hieraan heeft de regio haar Regionale Structuur Warmte (RSW) opgesteld. Projectleider Ingrid Giebels: ‘Door beide trajecten naast elkaar te laten lopen, waren we in staat een RSW op te leveren met veel diepgang.’
Ingrid Giebels was vanuit Over Morgen projectleider voor de RSW en voor het traject om te komen tot vijf transitievisies warmte in vijf van de zeven gemeenten in de regio Noord-Veluwe. ‘De concept RSW van deze regio is bijzonder omdat alle gemeenten in deze regio al een (concept) transitievisie warmte hebben. Dat maakt dat er goed inzicht is in welke warmtevoorziening het beste past bij de bebouwing van de regio. Dat konden we direct meenemen in de concept RSW. Op basis daarvan kun je veel gerichter kijken wat regionaal gezien belangrijke bronnen zijn en welke ook niet. Daarmee is deze al veel gedetailleerder dan strikt noodzakelijk voor een concept RSW. Voor een groot deel van de gebouwde omgeving lijken all electric warmteoplossingen het beste te passen naast een aantal kleine, lokale warmtenetten.’
Direct een RSW
‘De regio liep vooruit op de RSW en had ons in eerste instantie gevraagd om een regionale warmtevisie op te stellen. Terwijl we daarmee bezig waren, bleek dat het veel logischer was om direct naar een RSW te gaan’, vertelt Ingrid. ‘Dat hebben we opgepakt door onze aanpak aan te passen en een aantal extra sessies in te lassen. Je moet dus bereid zijn om echt te luisteren naar zorgen en suggesties van alle stakeholders. Zolang niet iedereen er achter kan staan, heb je nog wat te doen. Doordat we extra sessies hebben ingelast werden de tijdlijnen kort. We wilden de concept RSW eind januari namelijk al presenteren aan de stuurgroep. Ik ben er trots op dat we toch tijdig tot een gedragen concept RSW zijn gekomen. Enerzijds doordat het team bij Over Morgen er hard aan gewerkt heeft en anderzijds doordat alle stakeholders bereid waren om in korte tijd input en feedback te geven op een aantal conceptversies.’
Van theorie naar praktijk
Wat we nu al weten is dat in de regio Noord-Veluwe geen bovengemeentelijke warmte-infrastructuur nodig is. Echter, doordat warmteoplossingen veelal elektrisch zullen zijn in de toekomst, betekent dit wel veel voor het elektranet van Liander. Daarnaast is het om deze reden belangrijk om tot een goede verhouding zon / wind te komen om de netbelasting niet onnodig hoog te laten zijn. Windenergie wek je immers ook ’s winters op als de warmtevraag het hoogste is. Dit is direct meegenomen in de concept RES.
De volgende stap die de regio gaat nemen is om te kijken wat ze daadwerkelijk regionaal gaat oppakken met betrekking tot de warmtetransitie en wat lokaal. En hoe de gemeenten dit met stakeholders als de netbeheerder en het waterschap wil gaan organiseren. Dat wordt dan weer meegenomen in de RSW 1.0. Daarnaast is een volgende stap om van een theoretische beschikbaarheid naar een realistische beschikbaarheid van relevante bronnen te komen.
Lees hier meer over de concept RES voor de regio Noord-Veluwe. De concept RES en RSW van Noord-Veluwe zijn hier beschikbaar.
Lees hier meer over de RSW en onze visie hierop.