Vandaag is de klimaattop. Nederland wil als “Startup Delta” voorop lopen in cleantech ontwikkeling en zo in 2050 CO2 neutraal worden. Die energietransitie vereist twee zaken: bedrijven met nieuwe duurzame business ideeën en geld. Maar de financiële instellingen die dat geld moeten verstrekken ontlenen hun zekerheid aan bewezen businessmodellen of resultaten uit het verleden. Ze zijn niet ingesteld op vernieuwing. Zie hier de spagaat waar je als vernieuwend, duurzaam ondernemer in terecht komt.
Uit het verleden behaalde resultaten
Banken zijn gewend te beoordelen op resultaten uit het verleden. Kom je met een vernieuwend en duurzaam idee, dan is dat voor de bank een “niet- bewezen businessmodel”. Onderbouwing met verglijkbare casussen, analyse van de (summiere) data die ter beschikking staat, trendanalyses; het helpt allemaal niet om de bank vertrouwd te maken met de toekomst. Dus vraagt ze forse financiële garanties. Garanties die je als vernieuwend ondernemer natuurlijk nog niet kan geven. Jij bent namelijk al tijden bezig om voor een habbekrats je ziel en zaligheid in jouw “disruptive” businessmodel te stoppen.
De Nederlandse staat moet ingrijpen. Zij is degene die de lat hoog legt. Er moet veel gemakkelijker toegang tot kapitaal komen. In Scandinavië dwingt de overheid duurzaamheid af of investeert ze zelf. In Amerika is er kapitaal van vermogende particulieren. Wij Nederlandse ondernemers zijn teveel aangewezen op risicomijdende bankemployees. Het gemiddelde, door de overheid ingestelde, groenfonds gedraagt zich niet veel “moediger”.
Van angsthazen naar onverschrokken investeerders
Nieuwe, duurzame businessmodellen vereisen visionaire, onverschrokken investeerders. Dat type investeerders is nog maar dun gezaaid in onze lage landen. Dat type investeerders is echter wel nodig voor het kweken van cleantech- “eenhoorns”, startup bedrijven met een waarde van één miljard euro of meer. Om duurzame vernieuwing te creëren moet “de durf” in het kapitaal! Maar tot die tijd is het blijkbaar nodig dat de overheid comfort en garanties biedt. Totdat er “past performances” zijn of banken meer risico durven nemen. Dat laatste is hard nodig. Met angsthazen kweek je namelijk geen eenhoorns.