Deelauto’s is een beetje zoals Palmpasen. Dit is misschien wel de belangrijkste conclusie die ik na twee maanden WeDriveSolar heb. Ik ben al een aantal jaren bezig met experimenteren rondom autodelen. Zowel in mijn werk, als ook in mijn eigen vervoer. Eerst had ik een eigen auto die regelmatig op Snappcar stond. Vervolgens leende ik veelal auto’s van mijn collega’s en toen WeDriveSolar bij ons in de wijk kwam, leek me dat een logische vervolgstap. Het is wel een stap die veel vragen vanuit mijn omgeving oproept: “Hoe regel je dat nu allemaal, zo’n auto delen met je buren?”
Er is tegenwoordig een app voor alles, dus ook voor autodelen. Één app voor het openen, dichtdoen, de agenda en de rittenadministratie van de auto. Er is nog een ‘sleutelhanger’ voor het bedienen van de laadpalen en ik moet zelf nog wel gas geven en sturen. Dat zal ook niet lang meer duren. Wat overblijft is dat ik voor €100,- in de maand rondrijd in een gloed nieuwe Renault Zoë. Goedkoper, sneller, comfortabeler, innovatiever en duurzamer dan het hebben van een privé benzineauto. En doordat ‘de app’ alles voor me regelt – verzekeringen, schades en schoonmaken – heb ik er geen omkijken naar.
Er is echter één aspect dat autodelen zo lastig maakt om te implementeren: beschikbaarheid. Als ‘mijn’ Zoë immers uitgeleend is terwijl ik hem nodig heb, dan moet ik er zeker van zijn dat er een andere auto beschikbaar is. Bij één deelauto is de kans dat je achter het net vist reëel. Bij twee deelauto’s is de kans al kleiner en als er drie deelauto’s in de buurt staan, dan is de kans dat ze alle drie tegelijk bezet zijn al bijna te verwaarlozen. Veel aanbieders van deelauto’s zitten zelfs op vier tot vijf deelauto’s op loopafstand om de absolute zekerheid te bieden dat er altijd gereden kan worden.
Maar het neerzetten van tientallen deelauto’s zonder klanten is een nogal risicovolle bezigheid en andersom zijn er maar weinig mensen bereid om hun eigen auto weg te doen als er maar één deelauto voor terugkomt. Een duwtje in de rug zou de aanbieders helpen om echt grote schaal te maken, waardoor ook de maatschappelijke voordelen van autodelen (minder auto’s, schonere lucht, gezondere bewoners) zichtbaar zouden worden. Het kip-ei probleem rondom de schaal van autodelen is alleen op te lossen met de Palmpasen-regel: één deelauto is geen deelauto, twee deelauto is een halve deelauto en drie deelauto is een paasdeelauto.